Kenmerken & Beschrijving
De zwarte specht, met als Latijnse naam Dryocopus martius, is de grootste specht van Europa, met een spanwijdte van 73 cm.
Hij is ongeveer zo groot als een zwarte kraai en heeft een volledig zwart verenkleed, behalve de kap boven de kop, die helemaal rood is en een lichte kuif heeft op de achterkant van de schedel. Bij het vrouwtje is deze kap beperkt tot de achterkant van de kop.
Zijn anatomie is aangepast om bomen aan te raken met zijn snavel en hij heeft een lange tong om de larven waarmee hij zich voedt los te maken.
Zijn poten hebben tenen die 2 bij 2 tegenover elkaar staan.
Habitat (Biotoop)
De zwarte specht komt voor in beboste gebieden, taiga en dichte bossen.
Hij geeft de voorkeur aan grote bosgebieden met bomen die ver uit elkaar staan.
Gedrag & gewoonten
De zwarte specht is een standvogel die alleen overdag actief is.
Met zijn krachtige roep, die over grote afstanden door het bos galmt, klopt hij ook op holle boomstammen. Hij kiest de boomstammen met de juiste resonantie om zijn aanwezigheid aan te geven.
Hij klimt snel op boomstammen en camoufleert zich achter de stam zodra hij potentieel gevaar ziet. Hij verandert snel van boom of vliegt weg in een krachtige, onregelmatige en golvende vlucht.
Voortplanting en onvolwassen
Het mannetje van de zwarte specht kiest een nestplaats voordat het baltsritueel begint in januari en biedt die aan het vrouwtje aan als ze hem voor zich gewonnen heeft.
Hij graaft het nest door een gat te boren in een gezonde of zieke boom, tot 15 m hoog.
Het vrouwtje legt meestal 3 tot 5 eieren, die ongeveer twee weken worden bebroed.
De jongen vliegen vrij snel uit, vaak na 30 dagen.
Roep of Stem
De zwarte specht heeft een rijk repertoire aan zeer luide roepjes. Hij is het hele jaar door vaak te horen, tijdens de vlucht en met alarmkreten zoals “krruk krruk krruk…”.
Als hij landt, laat hij een hoge “kliiiih-èh”-roep horen.
Zijn lied, van gelijke toonhoogte, is een “kou, kui, kui-kui-kui-kui-kui…”.
Als hij niet zingt, trommelt hij in de lente met een reeks krachtige, sonore percussies die lijken op uitbarstingen van een automatisch wapen die op 2 tot 4 km afstand te horen zijn.