Kenmerken & Beschrijving
De staartmees, waarvan de Latijnse naam Aegithalos caudatus is, ook bekend als de staartmees, is heel klein en weegt niet meer dan 9 gram.
Het is een klein bolletje veren, gekenmerkt door zijn lange zwarte staart met witte randen. Zijn verenkleed is afwisselend zwart, wit, bruin en roze.
Er zijn twee ondersoorten: de Noordse heeft een volledig witte kop, terwijl de Centraal-Europese een witte band heeft omringd door zwarte strepen.
Van dichtbij is de snavel kort en het oog peperkorrelvormig met een oranje oogkrans.
Habitat (Biotoop)
De langstaartvlinder komt veel voor in loofbossen, heggen langs waterlopen, parken en tuinen en soms rietvelden.
Hij komt voor in heel Europa tot in Japan, maar niet in het hoge noorden.
Gedrag & gewoonten
De Langstaart Oriet is een voornamelijk insectenetende vogel die leeft en reist in families, zijn staart volgend.
Hij is niet erg schuw en kan gemakkelijk worden geobserveerd, maar alleen voor korte periodes, want de vogel is erg levendig.
Voortplanting en onvolwassen
De Langstaartoriet bouwt zijn eivormige nest met mos in struiken, goed verborgen door schors en korstmossen.
Er worden tussen de 6 en 12 eieren gelegd door het vrouwtje, dat ze twee weken lang uitbroedt.
De jongen verlaten het nest na ongeveer 20 dagen.
Roep of Stem
De Langstaart Oriet roept korte, doordringende roepjes zoals “srih-srih-sriht” en “tzèrrrr”, die zoemen en licht explosief zijn.
Zijn zang is zeldzaam en wordt onderbroken door vrij zacht getjilp.