Kenmerken & Beschrijving
De grote zee-eend, met als Latijnse naam Charadrius hiaticula, is een kleine kustvogel met een spanwijdte van ongeveer 40 cm.
Hij is herkenbaar aan zijn zwarte kraag, witte buik die afsteekt tegen zijn grijze verenkleed, oranje poten en oranje snavel met zwarte punt. De Grote Grindmot is een gedrongen vogel met een bolle borst. In broedkleed draagt het mannetje een zwarte band op zijn voorhoofd boven een witte vlek op zijn snavel.
Habitat (Biotoop)
De grote grindpot komt voor aan de oevers van meren en plassen, die vlak en open zijn met open graslanden en zandgebieden, afgewisseld met grind en schelpresten.
Gedrag & gewoonten
De grote gravelot vliegt met een snelle, aanhoudende vleugelslag.
Hij vliegt vaak in groepen en rent snel langs de waterkant op zoek naar kleine ongewervelde waterdieren en insecten in de kiezels en het zand. Ze voeren sprintjes uit afgewisseld met pauzes om te observeren.
Voortplanting en onvolwassen
De grote grindpot nestelt op de grond op grind of kiezels (de eieren zien er hetzelfde uit).
Het vrouwtje kan 1 tot 4 eieren leggen, die na 4 weken uitkomen.
De jongen verlaten het nest zodra ze geboren zijn en vliegen na 24 dagen weg.
Roep of Stem
De typische contactroep van de grote gravelot is een zacht fluitend “tu-ip”. Bij alarm is de roep meer een tsjilpend “tihp”. Zijn zang is afwisselend “ti-tou-é, ti-tou-é ti-tou-é” en “t’viia-t-viia”, vooral tijdens de paartijd.